De wijze waarop chaordische systemen benaderd worden, dat wordt ook wel ‘chaordic systems thinking’ genoemd. ‘Chaordic systems thinking’ is een wijze van denken, een lens om door naar socioecologische systemen te kijken. ‘Chaordic systems thinking’ ziet complexe systemen niet als ‘fixed’, maar als ‘fow’, inhoudende een project bezien als een stromend systeem, in plaats van als een vast gegeven. Kenmerken van chaordische systemen zijn: ‘consciousness’,‘connectivity’, ‘indeterminacy’, ‘dissipation’ en ‘emergence’. De kenmerken zijn onderstaand beknopt weergegeven.
1. Bewustzijn – ‘Consciousness’
Sociale systemen zijn niet uitsluitend een fysieke entiteit. Zij hebben een ‘mind’. Het bewustzijn, het denken, de ideeën vormen de essentie van een chaordisch systeem. Het zijn de ideeën en de niet-waarneembare innerlijke aspecten en innerlijke potentie, die de basis van de werkelijkheid vormen. Dit bewustzijn beïnvloedt elke beslissing en hetgeen er plaatsvindt in het systeem. Om een chaordisch systeem te kunnen veranderen, dient het denken te worden veranderd.
2. Verbondenheid – ‘Connectivity’
Een chaordisch systeem is autonoom ten opzichte van het ene aspect en afhankelijk ten opzichte van het andere. Het is autonoom en verbonden tegelijkertijd. Niets kan los van het geheel bestaan. Een chaordisch systeem is complex en altijd onderdeel van grotere gehelen. Derhalve is het noodzakelijk dat alle entiteiten van het systeem in ogenschouw te worden genomen. De wijze om hiermee om te gaan, wordt verwoord als ‘denk groot, handel klein’.
3. Onbepaaldheid – ‘Indeterminacy’
De wereld is zo complex dat elk verband tussen oorzaak en gevolg onvoldoende of onduidelijk is. Elke gebeurtenis is zowel oorzaak als gevolg, waardoor de toekomst vooral onkenbaar is. Alles wat gebeurt is gerelateerd aan elkaar. Er is geen verleden, er is geen toekomst, er is alleen een heden. De toekomst valt niet rechtstreeks af te leiden uit het verleden. Dat maakt het enorm lastig de toekomst te prognosticeren. Het antwoord op de hoe-vraag van de verandering dient gaandeweg gevormd worden. Plan als het moet, maar plan niet als het niet hoeft. Wees voorbereid op wat komen gaat maar tracht het niet te voorspellen.
4. Verval – ‘Dissipation’
Chaordische systemen verbinden cycli van creëren en loslaten. Het is zowel zelf-creërend (‘selftranscendence’) als spontaan uiteenvallend (‘self-dissolution’). Uiteenvallen en in elkaar passen horen bij de ontwikkeling van een chaordisch systeem. Als systemen uit elkaar vallen (door te weinig potentie van binnenuit), zullen ze op termijn weer samensmelten in een ongekende nieuwe vorm. Met potentie van binnenuit zullen zij zichzelf transformeren naar een hoger niveau van complexiteit. Om dit te kunnen laten gebeuren moeten oude gedachten, patronen en dergelijke los gelaten worden, zodat iets nieuws kan ontstaan. Verander voordat het tijd is om te veranderen.
5. Verrassing – ‘Emergence’
Unieke eigenschappen van het geheel komen voort uit de interactie tussen delen. Afzonderlijke delen kennen deze verrassende eigenschappen niet. Deze eigenschappen kunnen ervoor zorgen dat een systeem naar een hoger niveau van complexiteit springt, iets dat een afzonderlijk deel niet zou kunnen. Chaordische systemen hebben de mogelijkheid hogere niveaus van coherentie en complexiteit te bereiken, door zelforganisatie, zelfreferentie en zelftranscendentie. Deze mechanismen zijn gebaseerd op interactie en vertrouwen. Managers zullen moeten leren loslaten en afzien van controle. Het is de aanwezigheid van een collectieve, inspirerende en evoluerende visie die alle gedachten en handelingen van het chaordisch systeem voedt.
Gemeenschappelijk in de vijf kenmerken is de ‘en/en’-benadering van ‘chaordic systems thinking’: materie en geest, deel en geheel, oorzaak en gevolg, creatie en verval, chaos en orde. Dit gemeenschappelijke is ook terug te vinden in de betekenis van ‘chaord’: chaos en orde tegelijkertijd.
LITERATUUR
Mulder, N. T. (2012). Value-based project management : een aanpak voor chaordische projecten vanuit het perspectief van het complexiteitsdenken. Technische Universiteit Eindhoven.
Reageer op dit bericht