Een leider/manager speelt een cruciale rol bij het coördineren en motiveren van medewerkers. Een leider/manager kan diverse methoden toepassen bij het uitvoeren van de leidinggevende taken, zoals:
1. Management by direction and control
2. Management by objectives
3. Management by exception
4. Management by walking around
5. Management by delegation
1. Management by direction and control
Bij Management by direction and control (MBDC) houdt de manager zich hoofdzakelijk bezig met het verstrekken van gedetailleerde opdrachten aan medewerkers en de controle op de uivoering daarvan. Het informatiesysteem bestaat hier dus uit louter het geven van taakopdrachten (top down). Bijdrage van een medewerker, als het gaat om het besluitvormingsproces, wordt hierbij niet op prijs gesteld. Verder wordt er door de leider/manager veel aandacht geschonken aan de werkinstructie en ontwikkeling van procedures om het werk conform eisen te laten verlopen. Er valt vast te stellen dat bij deze methode wordt uitgegaan van een negatief mensbeeld (denk hierbij aan de X-Y theorie van McGregor).
2. Management by objectives
Bij Management by objectives (MBO) staan de doelstellingen centraal (targets) die een medewerker dient te bereiken. Deze doelstelling(en) komen in onderling overleg tot stand en de leider/manager stelt hiertoe middelen beschikbaar. Het salaris van de medewerker is doorgaans afhankelijk van het behalen van de doelstelling (target) en de afspraken liggen vaak vast in een managementcontract.
Bij deze managementmethode wordt uitgegaan van een positief mensbeeld: ondergeschikten zijn zelf verantwoordelijk voor het werk en is bereid hiervoor een prestatie te leveren. Een voorwaarde voor het slagen van een MBO is dat er sprake is van een zekere gelijkwaardigheid tussen boven- en ondergeschikte tijdens de onderhandeling(en) over de te realiseren doelstellingen.
3. Management by exception
Bij Management by exception (MBE) betekent dat het management enkel geïnformeerd wenst te worden als het gaat om substantiële afwijkingen van een planning. Deze methode wordt dan ook vaal gebruikt als aanvulling op MBO. Het concrete verschil tussen MBO en MBE is, is dat bij MBO de ondergeschikte een grote mate van vrijheid heeft als het gaat om handelen wat betreft uitvoering van werkzaamheden, maar er bij MBE wordt ingegrepen wanneer er sprake is van een afwijking bij een bepaalde bandbreedte/tolerantiegrens (exception).
4. Management by walking around
Bij Management by walking around (MBWA) gaat het om het zorgen voor een eenduidige manier van werken. Meer concreet: de neuzen moeten dezelfde kant op. De manager/leider zit niet achter zijn o haar bureau, maar is aanwezig (als een soort van cultuurproever). Het gaat hier dus niet om het controleren van of om opdrachten te geven, maar dus wel om ‘gevoel’ krijgen bij wat er speelt (zowel op de werkvloer als bij klanten, leveranciers en andere belanghebbenden).
5. Management by delegation
Bij Management by delegation (MBD) gaat het om een managementmethode die taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden aan ondergeschikten gelegeerd.
Een MBD gaat dus verder dan een MBO en MBE. Managers in het middenkader (middenmanagers) krijgen volledige verantwoordelijkheid voor de realisatie van de doelstellingen die zij wensen te bereiken, omdat zij gemandateerd zijn.
Reageer op dit bericht