Onderstaand een handige checklist die gebruikt kan worden om fouten te voorkomen bij het maken van Present Value calculalaties.
1. Verdisconteer (discount) cashflows, geen winsten. Cashlfow is simpelweg het verschil tussen cash ontvangsten en cash uitgaven.
a. Onthoud dat afschrijving geen cashflow is, alhoewel het wel effect kan hebben op belastingbetalingen.
b. Concentreer je op cashflow na de belastingen. Blijf alert op verschillen tussen belastingafschrijvingen en afschrijvingen die worden gepresenteerd in rapporten naar aandeelhouders.
c. Sluit debetrente of de kosten van het terugbetalen van een lening uit van de projectcashfow. Dit stelt je in staat om de investering te scheiden van de financiële beslissing.
d. Onthoud de investering in werkkapitaal. Als de verkopen toenemen, moet het bedrijf mogelijk aanvullende investeringen in werkkapitaal verrichten en als het project teneinde loopt, dan zal het bedrijf deze investeringen weer herstellen.
e. Let op toegewezen overheadkosten voor gas, elektriciteit en dergelijke. Deze mogen niet in de incrementele kosten van het project gelegen zijn.
2. Schat de incrementele cashflows van het project. Dit is het verschil tussen de cashflows mét en zónder het project.
a. Neem alle indirecte effecten van het project mee. Zaken zoals de impact op de verkopen van andere producten van het bedrijf.
b. Vergeet “sunk costs”
c. Neem de ‘opportunity costs’ mee. Zaken zoals de opbrengst van het land dat je gebruikt en dat je anders zou verkopen.
3. Behandel inflatie consistent.
a. Als cashflows zijn geforecast in nominale termijnen, gebruik een nominale discount rate.
b. Verdisconteer werkelijke cashflows tegen een werkelijk percentage.
4. Scheid investeringen en financiële beslissingen door cashflows te forecasten alsof het project volledig is gefinancierd met eigen kapitaal.
Reageer op dit bericht